Naar een gedicht #1

De ochtend vraagt om adem en daden. En terwijl het huis nog slaapt, sluip ik naar buiten. Het is stil en koud en vol mogelijkheden. Weer in huis, scheur ik gisteren af en lees ik op de dag van vandaag het gedicht Naar alle vroegte van Frans Kuipers.

Frans Kuipers geprint op de kalender van Plint op 31 maart 2021

En dáárna ga ik zitten, kraak mijn ontbijt naar binnen en schrijf snel – voor alles ontwaakt en gaat beginnen – mijn eigen kalenderblaadje vol. Hier volgen de dichtregels die ik hanteerde:

1. Eerste strofe van het gedicht van Frans Kuipers overnemen.

2. Iets schrijven over de lucht.

3. Iets schrijven over schoeisel.

4. Ik en mijn vermijden

Evelien Borgonjon geprint op grootmoeders bordje met matze en pindakaas

En bij de G van richting hoorde ik een stemmetje roepen dat de dag begonnen is. De tijd die volgde vulde zich met onze regels; gezichten wassen, haren kammen en tanden poetsen, zeggen wat je eten wil, af en toe eens kijken op de klok en delen hoe laat het is.

Het zou nu zomaar kunnen gebeuren dat je denkt ook eens een gedicht te willen schrijven. Dan zou je in alle vroegte naar buiten kunnen gaan en zien wat er komt. Of je kunt bij valavond achterover hangen en zien wat er nog komt.

Heb je wat geschreven naar aanleiding van deze post, dan lees ik dat heel graag. Deel je gedicht gerust onder dit bericht of stuur me een mailtje.

Advertentie

1 reactie

  1. almaschrijft schreef:

    Ik schreef iets, zonet 🙂

    Zo fijn!

    (Enkel het woord meteloos bestaat niet denk ik, meetloos misschien wel ofwel alleen dichterlijk)

    Dank voor de uitdaging, het was in mijn hoofd blijven zitten

    Xx

    Like

Een reactie plaatsen

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s